De meeste poëzie van Taiwan is geschreven in een proza-achtige stijl, met conventioneel-correcte syntactische relaties: vloeiende vrije verzen, die worden afgebroken op een natuurlijke plaats in de... Show moreDe meeste poëzie van Taiwan is geschreven in een proza-achtige stijl, met conventioneel-correcte syntactische relaties: vloeiende vrije verzen, die worden afgebroken op een natuurlijke plaats in de zin en zodoende de indruk geven van spontaniteit en authenticiteit. Beeldspraak is de voornaamste bron van spanning en verrassing. Alles draait uiteindelijk om communicatie, om het overbrengen van betekenis – oftewel ‘transparantie’. Tegen het einde van de jaren ’80 wordt dat idee door een aantal dichters overhoop gehaald. Betekenis wordt voortdurend uitgesteld; poëzie onderzoekt hoe taal werkt. Iets vergelijkbaars gebeurt met de vorm: nieuwe poëtische vormen vragen specifiek aandacht voor hun constructie. In plaats van een kunst die zichzelf voordoet als natuur, ontstaat hier een kunst die pronkt met haar eigen kunstmatigheid. Deze poëzie draait niet langer uitsluitend om ‘betekenis’ en ‘waarheid’, maar vooral ook om het plezier van het scheppen en de omgang met de taal en vorm als materie. Door de ludieke en ironische benaderingswijze wordt tegelijkertijd de hoge status op de hak genomen die van oudsher aan poëzie werd toegekend. Als zodanig is deze poëzie duidelijk verweven met de grotere, mondiale literaire context en ontstijgt ze de Taiwanese realiteit waarin ze ontstond. Show less