De sanctionering van jeugdigen die zich schuldig maken aan een ernstig gewelds- of zedenmisdrijf is in Nederland al langere tijd onderwerp van politieke en maatschappelijke discussie. In dit... Show moreDe sanctionering van jeugdigen die zich schuldig maken aan een ernstig gewelds- of zedenmisdrijf is in Nederland al langere tijd onderwerp van politieke en maatschappelijke discussie. In dit onderzoek wordt in kaart gebracht welke sancties Nederland en andere Europese landen – België (Vlaanderen), Duitsland, Engeland en Wales, Ierland en Zweden – hanteren voor minderjarigen en jongvolwassenen (tot 23 jaar) die een ernstig gewelds- of zedenmisdrijf hebben gepleegd. Ook wordt onderzocht wat de effectiviteit van deze sancties is en hoe de diverse sanctiestelsels zich verhouden tot internationale en Europese kinder- en mensenrechten. Vervolgens wordt gereflecteerd op de vraag in hoeverre de bevindingen van dit onderzoek aanleiding geven tot aanpassing van de Nederlandse strafrechtelijke aanpak van jeugdigen die worden veroordeeld voor een ernstig gewelds- of zedenmisdrijf. Uiteindelijk resulteert het onderzoek in een aantal concrete aandachtspunten voor wetgeving en beleid en suggesties voor vervolgonderzoek die de wetgever en beleidsmakers beogen te ondersteunen bij het maken van goed geïnformeerde, weloverwogen en wetenschappelijk onderbouwde beslissingen omtrent dit vraagstuk. Hiermee legt dit onderzoek een belangrijke wetenschappelijke basis voor het ontwikkelen van een effectief en kinder- en mensenrechtenconform sanctiestelsel voor jeugdigen die zich schuldig maken aan een ernstig gewelds- of zedenmisdrijf in Nederland en daarbuiten. Show less
Brink, Y.N. van den; Bruning, M.R.; Liefaard, T. 2021
In dit editorial schetst de redactie van het Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht kort de zorgen en dilemma's met betrekking tot COVID-19 en het familie- en jeugdrecht, gebaseerd op de situatie... Show moreIn dit editorial schetst de redactie van het Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht kort de zorgen en dilemma's met betrekking tot COVID-19 en het familie- en jeugdrecht, gebaseerd op de situatie begin mei 2020, die naar verwachting ook de komende maanden aandacht (blijven) behoeven. Show less
Rap, S.E.; Klep, K.F.M.; Brink, Y.N. van den; Bruning, M.R.; Liefaard, T. 2020
De maatregel Plaatsing in een inrichting voor Jeugdigen (PIJ) is de zwaarste sanctie in het Nederlandse jeugdstrafrecht. De PIJ-maatregel betreft een langdurige vrijheidsbenemende behandelmaatregel... Show moreDe maatregel Plaatsing in een inrichting voor Jeugdigen (PIJ) is de zwaarste sanctie in het Nederlandse jeugdstrafrecht. De PIJ-maatregel betreft een langdurige vrijheidsbenemende behandelmaatregel voor jeugdigen die zich, onder invloed van een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestvermogens, schuldig hebben gemaakt aan een ernstig strafbaar feit. De PIJ-maatregel kan worden opgelegd als dit noodzakelijk is voor de bescherming van de veiligheid van personen of goederen en in het belang wordt geacht van een zo gunstig mogelijke verdere ontwikkeling van de jeugdige.In dit onderzoek wordt antwoord gegeven op de vraag in hoeverre de behandeling in het kader van de PIJ-maatregel samenhangt met een verbetering wat betreft persoonskenmerken, gedrag en vaardigheden van de jeugdigen. Ook wordt onderzocht in hoeverre de behandeling samenhangt met factoren die relevant zijn voor recidive. Hiervoor zijn 178 PIJ-dossiers onderzocht van jeugdigen met een PIJ-maatregel die in de periode 2013 – 2016 de justitiële jeugdinrichting hebben verlaten. Het onderzoek probeert ook inzicht te geven in de doelmatigheid van de PIJ-maatregel, in het licht van de wettelijke gronden en doelen van deze maatregel. Ten slotte worden aanbevelingen gedaan om de behandeling van jeugdigen met een PIJ-maatregel te verbeteren. Show less
This article explores the underlying explanations of the high reliance on pre-trial detention of children across contemporary Western societies, with a particular focus on the Netherlands.... Show moreThis article explores the underlying explanations of the high reliance on pre-trial detention of children across contemporary Western societies, with a particular focus on the Netherlands. Empirical research findings are used to identify patterns and functions of pre-trial detention in the administration of youth justice. In addition, two driving forces behind pre-trial detention decision-making are explored after scrutinizing the penological underpinnings of youth justice and youth crime control in Western societies. Ultimately, the article addresses to what extent and how international children’s rights standards can effectively protect child suspects and accused from excessive, unlawful and arbitrary pre-trial detention. Show less
Deze bijdrage presenteert de belangrijkste bevindingen uit mijn proefschrift ‘Voorlopige hechtenis in het Nederlandse jeugdstrafrecht’. Op basis van de bevindingen uit dit proefschrift wordt een... Show moreDeze bijdrage presenteert de belangrijkste bevindingen uit mijn proefschrift ‘Voorlopige hechtenis in het Nederlandse jeugdstrafrecht’. Op basis van de bevindingen uit dit proefschrift wordt een aantal fundamentele kwetsbaarheden blootgelegd in de rechtsbescherming van jeugdige verdachten bij de toepassing van voorlopige hechtenis, bezien vanuit de internationaal erkende rechten van het kind. Bekeken wordt in hoeverre recente wetgevings- en beleidsontwikkelingen in het Nederlandse jeugdstrafrecht de potentie hebben om deze kwetsbaarheden te ondervangen en in hoeverre andere aanpassingen in wet, beleid en/of praktijk noodzakelijk zijn om een kinder- en mensenrechtenconforme toepassing van de voorlopige hechtenis te garanderen. Show less
Het Nederlandse jeugdstrafrecht is volop in beweging. Enerzijds zijn er ontwikkelingen die duiden op een verschuiving in de richting van een meer hulpverleningsgericht jeugdstrafrecht. Anderzijds... Show moreHet Nederlandse jeugdstrafrecht is volop in beweging. Enerzijds zijn er ontwikkelingen die duiden op een verschuiving in de richting van een meer hulpverleningsgericht jeugdstrafrecht. Anderzijds worden voorstellen gedaan tot verdere versterking van de procedurele waarborgen voor jeugdige verdachten in het strafproces. Dat deze benaderingen – traditioneel aangeduid als ‘welfare’ en ‘justice’ – kunnen schuren, komt duidelijk tot uitdrukking in de Nederlandse jeugdstrafrechtspraktijk. Deze bijdrage beoogt dit te illustreren door in te zoomen op de toepassingspraktijk van voorlopige hechtenis van jeugdige verdachten. De bevindingen van twee recente empirische onderzoeken laten zien hoe besluitvormers omgaan met de voorlopige hechtenis en hoe cruciaal deze beslissing is voor het verdere verloop van het jeugdstrafproces. Daarmee wordt blootgelegd dat de hulpverleningsbenadering een dominante rol speelt in de praktijk en dat hierdoor fundamentele strafrechtelijke waarborgen onder druk komen te staan. Deze bijdrage tracht in het internationale kader van kinderrechten een oplossingsrichting te vinden voor dit spanningsveld. Dit leidt tot de conclusie dat ‘welfare’ en ‘justice’ benaderingen weliswaar kunnen schuren, maar elkaar ook nodig hebben om een kinderrechtenconform jeugdstrafrecht te realiseren. Hiermee beoogt deze bijdrage te voorzien in inzichten die van waarde kunnen zijn voor de ontwikkeling van een toekomstbestendig jeugdstrafrecht in Nederland en daarbuiten. Show less
Hoe verhoudt de voorlopige hechtenispraktijk in het Nederlandse jeugdstrafrecht zich tot de fundamentele rechten van minderjarige verdachten, zoals die zijn erkend in internationale en... Show moreHoe verhoudt de voorlopige hechtenispraktijk in het Nederlandse jeugdstrafrecht zich tot de fundamentele rechten van minderjarige verdachten, zoals die zijn erkend in internationale en Europese kinder- en mensenrechtenverdragen en -richtlijnen? Dat is een vraag die de gemoederen al enige tijd bezighoudt. In de afgelopen jaren zijn door verschillende instanties, waaronder het Kinderrechtencomité van de Verenigde Naties, zorgen geuit over de toepassing van voorlopige hechtenis van minderjarige verdachten in Nederland. Dit onderzoek analyseert de functie, de juridische inbedding en de toepassingspraktijk van de voorlopige hechtenis in het Nederlandse jeugdstrafrecht in het licht van het kinder- en mensenrechtelijke verbod op onrechtmatige en willekeurige vrijheidsbeneming. Op basis van observaties bij verschillende rechtbanken en interviews met rechters, officieren van justitie, advocaten en professionals van de Raad voor de Kinderbescherming, jeugdreclassering en justitiële jeugdinrichtingen ontstaat voor het eerst een goed beeld van de voorlopige hechtenispraktijk in het jeugdstrafrecht. Het onderzoek resulteert in concrete aanbevelingen voor de wetgever, beleidsmakers, rechterlijke macht en andere betrokkenen in de rechtspraktijk. Daarmee biedt dit boek een unieke inkijk in de praktijk van voorlopige hechtenis en schetst het een toekomstbestendig scenario voor een jeugdstrafrecht dat beter recht doet aan de belangen van minderjarigen en die van de samenleving. Show less
Brink, Y.N. van den; Wermink, H.T.; Bolscher, K.G.A.; Leeuwen, C.M.M. van; Bruning, M.R.; Liefaard, T. 2017
Dit onderzoek geeft inzicht in de toepassingspraktijk van de voorlopige hechtenis bij jeugdige verdachten. Voor het eerst is door middel van een dossierstudie in kaart gebracht wat de kenmerken... Show moreDit onderzoek geeft inzicht in de toepassingspraktijk van de voorlopige hechtenis bij jeugdige verdachten. Voor het eerst is door middel van een dossierstudie in kaart gebracht wat de kenmerken zijn van deze populatie jeugdigen en hoe deze kenmerken zich verhouden tot de rechterlijke besluitvorming over de voorlopige hechtenis. Hiermee geeft dit onderzoek nieuwe inzichten in de kenmerken die verband houden met de beslissingen van de rechter-commissaris en raadkamer over de schorsing van de voorlopige hechtenis. Is het bijvoorbeeld zo dat bepaalde jeugdigen minder kans hebben op een schorsing dan andere jeugdigen? Ook laat het onderzoek zien hoe beslissingen over de voorlopige hechtenis van jeugdige verdachten zich verhouden tot de uiteindelijke afdoening van jeugdstrafzaken en in hoeverre van de voorlopige hechtenis een ‘prejudiciërende werking’ uitgaat. De bevindingen van dit onderzoek kunnen worden gebruikt om beter invulling te geven aan de verplichtingen die voortvloeien uit het Nederlandse en internationale recht ten aanzien van jeugdigen in voorlopige hechtenis. Ook wordt een belangrijke basis gelegd voor specifieke beleidskeuzes die zijn gericht op de ontwikkeling van passende alternatieven voor de voorlopige hechtenis van jeugdige verdachten in justitiële jeugdinrichtingen. Show less
In het conceptwetsvoorstel tot vaststelling van Boek 2 van het nieuwe Wetboek van Strafvordering wordt geopperd om de schorsing onder voorwaarden te schrappen uit de wettelijke regeling van de... Show moreIn het conceptwetsvoorstel tot vaststelling van Boek 2 van het nieuwe Wetboek van Strafvordering wordt geopperd om de schorsing onder voorwaarden te schrappen uit de wettelijke regeling van de voorlopige hechtenis en te vervangen door de figuur van de ‘voorlopige vrijheidsbeperking’. In deze bijdrage wordt dit voorstel, evenals de reacties daarop van de geconsulteerde adviesorganen, onder de loep genomen en geanalyseerd in het licht van het relevante mensenrechtenkader, het karakter van de voorlopige hechtenis en de toepassingspraktijk. Show less
Doek, J.E.; Arts, K.; Laan, P.H. van der; Liefaard, T.; Vogtländer, L.; Winter, M. de; Brink, Y.N. van den 2014