The dissertation not only examines the elements of formalism and decisionism in Russian legal thinking, it also takes into account the impact of conservatism on the interplay between both elements.... Show moreThe dissertation not only examines the elements of formalism and decisionism in Russian legal thinking, it also takes into account the impact of conservatism on the interplay between both elements. This perspective – confirmed by a substantial analysis of Russian intellectual history and informed of the practice of application of Russian law – sheds important light on the conceptualization of rights in Russia. The author underscores that the current conservative narratives, about the distinctiveness of Russian law, reveal certain features of Russian legal culture and, specifically, the intellectual culture that is continually transmitted in legal education, scholarship and practice. Such narratives often serve as a rationale for crafting exceptions to constitutional non-discrimination principles as they are applied to political, religious, sexual and other minorities. In their turn, these exceptions are based on the idea that the validity of rights is mainly justified with reference to communitarian rather than to individual interest. Justification of these exceptions requires reconciling the formal requirement of legality with factual practices of arbitrary law-enforcement. Show less
Er zijn vijf modellen voor de relatie tussen staat en religie. Deze zijn: 1) Politieke atheïsme; 2) Politieke agnosticisme; 3) Multiculturalisme; 4) Staatskerk en 5) Theocratie. Het model van het... Show moreEr zijn vijf modellen voor de relatie tussen staat en religie. Deze zijn: 1) Politieke atheïsme; 2) Politieke agnosticisme; 3) Multiculturalisme; 4) Staatskerk en 5) Theocratie. Het model van het politieke agnosticisme staat voor de behandeling van - of negeren van - alle religies en niet-religies op gelijke voet: de staat neemt uit principe geen standpunt in vóór of tegen religie en (on)gelovigen. Multiculturalisme, daarentegen, richt zich op een positieve behandeling van minderheden. Het proefschrift richt zich op het tweede model, multiculturalisme, en op het vijfde model, theocratie. De onderzoeksvraag is: wat zijn de implicaties van de politieke ideologieën van het multiculturalisme en Islamitisch fundamentalisme? En, meer in het bijzonder, wat is de verhouding tussen deze ideologieën als het gaat om het debat over de legitimiteit van Shariaraden in het Verenigd Koninkrijk? Show less
This book presents the results of a research about the Islamic courts of Cianjur in West Java, and Bulukumba in South Sulawesi and the role they play in local divorce practices. It addresses... Show moreThis book presents the results of a research about the Islamic courts of Cianjur in West Java, and Bulukumba in South Sulawesi and the role they play in local divorce practices. It addresses questions which not only enhance our understanding of how Islamic courts in Indonesia work, but also of how Islamic courts through their everyday adjudication processes have the potential to transform societal norms based in national family law, Islamic law and customary law. What is the history of the Islamic courts in both districts and what are its consequences for their position in the local community? What role do the Islamic courts play in protecting women’s divorce rights? How do they perform with regard to spousal support, child support and marital property and why? How do the Islamic courts treat women’s and men’s claims? How has Indonesian family law for Muslims developed and what is the role of the Islamic courts in this development? How are Islamic courts positioned in Indonesia’s nation-building project? This book attempts to provide answers to those questions by exploring the Islamic courts’ institutional history in both districts, the development of the substantive law they apply, and the socio-cultural and economic aspects of divorce. Show less
The ECtHR needs to provide effective rights protection, but it also needs to set clear standards while showing deference to decisions made at the national level. Especially when socio-economic... Show moreThe ECtHR needs to provide effective rights protection, but it also needs to set clear standards while showing deference to decisions made at the national level. Especially when socio-economic issues are concerned, meeting these different demands is a challenging task. The thesis explores the possible use and added value of the notion of ‘core rights’ for the reasoning of the ECtHR in socio-economic cases. By means of a comparative study of the German Wesensgehaltsgarantie, the minimum core obligations related to the ICESCR, and the debate on the use of core rights for the protection of socio-economic rights under the South African Constitution, insights are gained on the possibilities and pitfalls inherent in this idea. On the basis thereof, a ‘core rights perspective’ is outlined that is tailored to the protection of socio-economic interests by the ECtHR. It is argued that this perspective allows the ECtHR to develop a principled approach to (positive) socio-economic claims that is characterised by a clear demarcation of the scope of the Convention and a focus on minimum guarantees. In this way the core rights perspective may help the ECtHR in leaving the necessary room for national laws and policies while ensuring robust socio-economic protection. Show less
The book sets out an analysis of how the law is used as a means to remove decision-making rights from people with mental health issues and people with intellectual disabilities. It explains how... Show moreThe book sets out an analysis of how the law is used as a means to remove decision-making rights from people with mental health issues and people with intellectual disabilities. It explains how international law can be used to repatriate these rights. Show less
Do Member States of the EU have a free hand in drafting Accession Treaties, or are there legal constraints on their primary law making function in this context? That is the central question this... Show moreDo Member States of the EU have a free hand in drafting Accession Treaties, or are there legal constraints on their primary law making function in this context? That is the central question this thesis addresses. It argues that such constraints do exist, and tries to identify them, thereby hoping to provide some insight into the nature of the EU legal order. The point of departure as well as the main focus of the study is the proposed permanent safeguard clause (PSC) on free movement of persons in the Negotiating Framework for Turkey. It is with reference to the PSC that legal provisions, rules, principles and norms that might constrain Member States as primary law makers in the context of accession are identified. The thesis examines constraints on Member States flowing from three levels: the pre-accession level, that is the existing legal framework around the EEC-Turkey Association Agreement (Part I); the accession process level, which is comprised of past practice and existing EU rules on enlargement (Part II); last but not least, the constitutional foundations of the Union (Part III), which constrain Member States whenever they act within the scope of Union law both as primary and secondary law makers. Show less
In dit boek staat de fiscale behandeling van Anglo-Amerikaanse trusts en de daarbij betrokken personen centraal voor toepassing van de Wet IB 2001 en Wet Vpb 1969. Hierbij is de fiscale... Show moreIn dit boek staat de fiscale behandeling van Anglo-Amerikaanse trusts en de daarbij betrokken personen centraal voor toepassing van de Wet IB 2001 en Wet Vpb 1969. Hierbij is de fiscale kwalificatie van de verschillende trustverhoudingen – fixed en discretionary trusts – als (non-)transparante entiteit essentieel. In het onderzoek is eerst een model ontwikkeld voor de fiscale kwalificatie van (buitenlandse) rechtsvormen. Op basis van de vastgestelde fiscale kwalificatie van de Anglo-Amerikaanse trust als non transparante entiteit is onderzocht welke knelpunten optreden ten aanzien van Anglo-Amerikaanse trusts en de daarbij betrokken personen. Hierbij is in eerste instantie geabstraheerd van het APV-regime en onderzocht welke knelpunten in de Wet IB 2001 en Wet Vpb 1969 bestonden vóór invoering van dit speciale regime voor particuliere doelvermogens. Bij deze analyse wordt uitgebreid aandacht besteed aan de rechtspraak en literatuur. Uitgaande van een entiteitsbenadering is een voorstel tot inpassing van de Anglo-Amerikaanse trust in het Nederlandse fiscale stelsel ontwikkeld. Voorts is uitgebreid aandacht besteed aan het APV-regime. Hierbij wordt beoordeeld of de gesignaleerde knelpunten zijn weggenomen met de invoering van het APV-regime en wordt het vergeleken met het inpassingsvoorstel op basis van een entiteitsbenadering. Ten slotte worden enkele voorstellen gedaan tot verbetering van het bestaande APV-regime. Show less
In dit boek is de manier waarop verhalen over verkrachting geconstrueerd worden in het strafproces onderzocht, vanaf het moment van de melding tot het moment van de afdoening. De onderzoeksvraag is... Show moreIn dit boek is de manier waarop verhalen over verkrachting geconstrueerd worden in het strafproces onderzocht, vanaf het moment van de melding tot het moment van de afdoening. De onderzoeksvraag is: op welke manier worden verhalen die een rol spelen bij de behandeling van verkrachtingszaken in het strafrecht geconstrueerd, hoe ontwikkelen deze verhalen zich in het strafrechtelijke proces en waarom gaat het op deze manier? Interactie blijkt heel belangrijk te zijn bij de constructie van verhalen. Hoewel verhalen in het strafrecht aan de verteller worden toegeschreven, hebben vrienden en familieleden, rechercheurs en officieren van justitie er invloed op. Gezamenlijk bepalen zij hoe een zaak wordt geconstrueerd en wordt afgehandeld. Show less
