Het strafrecht wordt gekenmerkt door eenzijdige bevoegdheidsuitoefening door de overheid. Niettemin doen zich binnen de context van de strafrechtspleging veelvuldig situaties voor waarin wordt... Show moreHet strafrecht wordt gekenmerkt door eenzijdige bevoegdheidsuitoefening door de overheid. Niettemin doen zich binnen de context van de strafrechtspleging veelvuldig situaties voor waarin wordt gehandeld op basis van wilsovereenstemming tussen Openbaar Ministerie en verdachte. De transactie, het voorwaardelijk sepot en het instrument van toezeggingen aan verdachten in ruil voor een getuigenverklaring zijn hiervan enkele duidelijke voorbeelden. Hoewel deze op consensualiteit gebaseerde procedures zich in de loop der jaren een vaste plaats binnen de strafrechtspleging hebben weten te verwerven, vormen zij vanuit theoretisch perspectief een vreemde eend in de bijt van de strafrechtelijke vijver. Dit onderzoek geeft antwoord op een aantal belangwekkende vragen die rijzen naar aanleiding van het gebruik van op consensualiteit gebaseerde procedures binnen het strafrecht. In de eerste plaats wordt bekeken of deze procedures kunnen worden gezien als overeenkomsten, hetgeen voor een aantal van hen inderdaad het geval blijkt te zijn. Nu deze overeenkomsten betrekking hebben op (de invulling van) strafrechtelijke bevoegdheden, wordt gesproken van strafrechtelijke overeenkomsten. Daarnaast buigt dit onderzoek zich over de vraag in hoeverre de traditionele, op eenzijdigheid gebaseerde strafrechtelijke verhoudingen ruimte tot het aangaan van strafrechtelijke overeenkomsten bieden. Tot slot wordt de vraag bekeken op welke wijze de strafrechtelijke overeenkomst dient te worden genormeerd. Gezien het feit dat op basis van wilsovereenstemming wordt gehandeld, ligt aansluiting bij het privaatrechtelijk contractenrecht in de rede, maar de vraag is of de strafrechtelijke context dit type normering toelaat. Show less