Jonathan Huijts verrichtte van 2018 tot 2020 een rechtsvergelijkend postdoconderzoek naar de regulering van ‘single use plastics’ in Nederland, België, Duitsland en Estland. Het doel van dit... Show moreJonathan Huijts verrichtte van 2018 tot 2020 een rechtsvergelijkend postdoconderzoek naar de regulering van ‘single use plastics’ in Nederland, België, Duitsland en Estland. Het doel van dit onderzoek was te inventariseren welke regelgeving en best practices deze landen al kenden met betrekking tot single use plastics, en in hoeverre de single use plastic richtlijn van de EU tot aanpassingen daarvan noopte. Op basis hiervan deed hij aanbevelingen aan regelgevers en beleidsmakers die zich geconfronteerd zien met complexe milieuvraagstukken. In deze bijdrage staat Huijts stil bij de tien belangrijkste aanbevelingen die zijn onderzoek heeft voortgebracht. Show less
Op 3 november 2021 wees de Afdeling een tweede overzichtsuitspraak inzake het planschaderecht. Waar de eerste overzichtsuitspraak algemeen van aard is en het hele planschaderecht bestrijkt, ziet...Show moreOp 3 november 2021 wees de Afdeling een tweede overzichtsuitspraak inzake het planschaderecht. Waar de eerste overzichtsuitspraak algemeen van aard is en het hele planschaderecht bestrijkt, ziet deze tweede overzichtsuitspraak enkel op het normaal maatschappelijk risico, vooral bij indirecte planschade in de vorm van permanente waardedaling van onroerende zaken. J.H.M. (Jonathan) Huijts plaatst deze tweede overzichtsuitspraak in historisch perspectief en bespreekt de belangrijkste lessen die zij de praktijk en wetenschap leert.Show less
Op 18 november 2020 deed de Afdeling uitspraak in drie zaken waarin ondernemers nadeelcompensatie verzochten van het college van B&W van Katwijk wegens omzetschade door... Show moreOp 18 november 2020 deed de Afdeling uitspraak in drie zaken waarin ondernemers nadeelcompensatie verzochten van het college van B&W van Katwijk wegens omzetschade door kustversterkingswerkzaamheden en de bouw van een parkeergarage. J.H.M. Huijts laat zien dat hieruit belangrijke nieuwe lessen kunnen worden getrokken met betrekking tot de afbakening van het normaal maatschappelijk risico bij tijdelijke omzetschade door infrastructurele werkzaamheden. Show less
Op 1 juli 2022 zal naar verwachting de Omgevingswet in werking treden. Met de Omgevingswet wil de Nederlandse wetgever diverse wetten die zien op de fysieke leefomgeving vereenvoudigen en... Show moreOp 1 juli 2022 zal naar verwachting de Omgevingswet in werking treden. Met de Omgevingswet wil de Nederlandse wetgever diverse wetten die zien op de fysieke leefomgeving vereenvoudigen en samenvoegen. Om die vereenvoudiging te kunnen realiseren is een belangrijke rol weggelegd voor digitalisering, meer specifiek in de vorm van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). De wetgever kwam in 2013 met ambitieuze plannen voor de digitalisering van informatie over de fysieke leefomgeving en de afwikkeling van vergunningaanvragen. Inmiddels zijn de ambities naar beneden bijgesteld. In dit artikel zal worden betoogd dat van uitstel geen afstel moet komen en dat de oorspronkelijke ambities van de wetgever de moeite waard zijn om alsnog te realiseren. Show less
Artikel 4:51 Awb verzet zich niet op principiële wijze tegen de toekenning van nadeelcompensatieop grond van het égalitébeginsel bij beëindiging van een subsidierelatie.
Op 5 juni 2019 werd de Richtlijn betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu vastgesteld. De auteur onderzoekt in deze bijdrage welke verplichtingen... Show moreOp 5 juni 2019 werd de Richtlijn betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu vastgesteld. De auteur onderzoekt in deze bijdrage welke verplichtingen deze richtlijn in het leven roept en hoe daaraan gehoor wordt gegeven in Nederland. Show less
Op 29 april 2020 deed de Afdeling uitspraak in het nadeelcompensatiegeschil tussen North Sea Port N.V. en de minister van Economische Zaken. De minister zag in het nationaalrechtelijke... Show moreOp 29 april 2020 deed de Afdeling uitspraak in het nadeelcompensatiegeschil tussen North Sea Port N.V. en de minister van Economische Zaken. De minister zag in het nationaalrechtelijke schadevergoedingsregime – art. 6.3, eerste lid, Wnb – terecht geen grond voor toekenning van nadeelcompensatie. De minister heeft echter onvoldoende gemotiveerd waarom North Sea Port onterecht zou hebben aangevoerd dat de in art. 6.3, eerste lid, Wnb vervatte uitsluiting van de mogelijkheid van vergoeding van schade ten gevolge van een aanwijzingsbesluit als bedoeld in art. 2, eerste lid, Wnb, in strijd zou zijn met art. 1 EP EVRM. Wanneer daadwerkelijk sprake zou zijn van strijd met art. 1 EP EVRM, dient de in art. 6.3, eerste lid, Wnb vervatte uitsluiting in dit geval buiten toepassing te worden gelaten. J.H.M. Huijts onderzoekt welke gevolgen deze uitspraak heeft voor het overige nadeelcompensatierecht, en in hoeverre zij een oplossing kan bieden voor de hedendaagse en toekomstige schaduwschadeproblematiek. Show less
In deze bijdrage zal worden stilgestaan bij de problemen die zich kunnen voordoen in gevallen van meervoudige causaliteit in het nadeelcompensatie- en planschadetegemoetkomingsrecht. Hoe dient het... Show moreIn deze bijdrage zal worden stilgestaan bij de problemen die zich kunnen voordoen in gevallen van meervoudige causaliteit in het nadeelcompensatie- en planschadetegemoetkomingsrecht. Hoe dient het causaal verband te worden vastgesteld op het moment dat meer dan één rechtmatige overheidshandeling (mogelijkerwijs) heeft bijgedragen aan het ontstaan van de schade? Om deze vraag te beantwoorden zal eerst worden stilgestaan bij de civielrechtelijke causaliteitsleer en zullen drie hoofdcategorieën van meervoudige causaliteit worden onderscheiden. Vervolgens zal aan de hand van jurisprudentie (en literatuur) worden overgegaan tot de formulering van tien vuistregels om de praktijk meer houvast te bieden bij de vaststelling van het causaal verband in gevallen van meervoudige causaliteit. Ten slotte worden enkele aanbevelingen aan wetgever, bestuur en rechter gedaan waarvan de opvolging naar onze verwachting zal bijdragen aan een verhoogd inzicht in de invulling van het causaal verband in het nadeelcompensatie- en planschadetegemoetkomingsrecht. Show less
Nadeelcompensatie, planschadetegemoetkoming,publiekrechtelijke taak, meervoudige causaliteit. Is gemeentelijkebesluitvorming of handelen van de Minister van Infrastructuur en Milieu opgrond van... Show moreNadeelcompensatie, planschadetegemoetkoming,publiekrechtelijke taak, meervoudige causaliteit. Is gemeentelijkebesluitvorming of handelen van de Minister van Infrastructuur en Milieu opgrond van haar publiekrechtelijke taak de oorzaak van schade veroorzaakt dooreen geluidsscherm? Show less
Dit is één van de eerste — nog steeds spaarzame —Afdelingsuitspraken over de afbakening van het normaal maatschappelijk risicoin geval van directe planschade. Naast het leerstuk van de abnormale... Show moreDit is één van de eerste — nog steeds spaarzame —Afdelingsuitspraken over de afbakening van het normaal maatschappelijk risicoin geval van directe planschade. Naast het leerstuk van de abnormale last komenook enkele andere leerstukken aan bod. Zo vult de Afdeling haar vaste jurisprudentieover de toelaatbaarheid van compensatie in natura aan. Ook laat zij zich uit overvragen inzake deskundigenadvisering en actieve risicoaanvaarding. Na een korteweergave van de relevante feiten zal de betekenis van deze uitspraak voor dehierboven genoemde leerstukken worden besproken. Show less
Het verstrijken van een wrakingstermijn ontslaat het bestuurniet van zijn plicht zich te vergewissen van de onpartijdigheid van deadviserende deskundige. Het inhoudelijk criterium is ‘schijn... Show moreHet verstrijken van een wrakingstermijn ontslaat het bestuurniet van zijn plicht zich te vergewissen van de onpartijdigheid van deadviserende deskundige. Het inhoudelijk criterium is ‘schijn vanpartijdigheid’. Show less
DJ 2015/2728: "Het Nederlandse planschaderecht leidt tot meer planschadevergoeding dan het Vlaamse en Duitse planschaderecht, zo blijkt uit een rechtsvergelijkende verkenning waar auteurs bij... Show moreDJ 2015/2728: "Het Nederlandse planschaderecht leidt tot meer planschadevergoeding dan het Vlaamse en Duitse planschaderecht, zo blijkt uit een rechtsvergelijkende verkenning waar auteurs bij betrokken zijn. Nederland is het enige land waar indirecte planschade voor vergoeding in aanmerking komt. Auteurs leggen de drie stelsels naast elkaar en gaan in op het bijzondere karakter van het Nederlandse stelsel, mede in het licht van de nieuwe Omgevingswet. Aan het slot van hun artikel pleiten zij voor een alternatieve wijze van vergoeding van de indirecte planschade in Nederland. Daarbij hebben auteurs zich laten inspireren door het aan het Vlaamse recht ontleende principe dat slechts daadwerkelijk gemanifesteerde schade voor vergoeding in aanmerking komt, en door de tijdsfactor die in het Duitse recht een belangrijke rol speelt. Het volledig afschaffen van een vergoeding van indirecte planschade achten zij niet passend bij de introductie van de algemene norm dat schade door rechtmatig overheidshandelen dient te worden gecompenseerd voor zover iemand daardoor in vergelijking met anderen buitengewoon zwaar getroffen wordt.” Show less