Zorgverzekeraars sluiten ten behoeve van ruim driekwart van hun verzekerden zorginkoopovereenkomsten met zorgaanbieders over de aan verzekerden te verlenen zorg. Onder de invloed van marktdenken is... Show moreZorgverzekeraars sluiten ten behoeve van ruim driekwart van hun verzekerden zorginkoopovereenkomsten met zorgaanbieders over de aan verzekerden te verlenen zorg. Onder de invloed van marktdenken is de contractsvrijheid in de zorginkoopverhouding stapsgewijs vergroot, zodat zorgverzekeraars de rol van ‘doelmatige, klantgerichte regisseurs van zorg’ kunnen vervullen. De overheid bepaalt in een nog altijd omvangrijk regelgevend kader de randvoorwaarden voor de werking van het zorgverzekeringsstelsel en houdt toezicht.De rechten en verplichtingen van zorgverzekeraars en zorgaanbieders in dit gemengde publiek-privaatrechtelijke kader zijn het onderwerp van dit proefschrift. De zorginkoopovereenkomst wordt civielrechtelijk geduid, op zichzelf en in verhouding tot de zorgverzekering en de geneeskundige behandelingsovereenkomst. Het proefschrift biedt een analyse van de doorwerking van regelgeving, zoals de Zorgverzekeringswet en de Wet marktordening gezondheidszorg, de daarop gebaseerde lagere regelgeving en de uitoefening van de bevoegdheden van de Nederlandse Zorgautoriteit bij aanmerkelijke marktmacht in de (pre-)contractuele verhouding. Getoetst wordt of zorgverzekeraars aanbestedende diensten zijn. De hoedanigheid van de zorgverzekeraar wordt gekenschetst en onderzocht wordt welke invloed in de rechtspraak aan die hoedanigheid en de betrokkenheid van publieke belangen wordt toegekend en welke invloed daaraan zou moeten worden toegekend. Show less
In landen met een ‘common law’ rechtssysteem wordt het woord ‘trust’ in de juridische zin gebruikt om te verwijzen naar de rechtsfiguur trust. De trust is gebaseerd op vertrouwen en is één van de... Show moreIn landen met een ‘common law’ rechtssysteem wordt het woord ‘trust’ in de juridische zin gebruikt om te verwijzen naar de rechtsfiguur trust. De trust is gebaseerd op vertrouwen en is één van de meest toegepaste rechtsfiguren in de internationale financiering- en estate planningspraktijk. Een insteller, de settlor, vertrouwt goederen toe aan een trustee, die vervolgens deze beheert ten behoeve van één of meer beneficiaries, of ter verwezenlijking van een bepaald doel. De trust wordt onder meer gebruikt om familievermogen te beschermen en aan de volgende generatie over te dragen, risicovol beleggen te faciliteren, ondernemingsvermogen veilig te stellen of het beheren van pensioengelden.De trust komt soms negatief in het nieuws, in verband met belastingontduiking en belastingontduiking. Niet geheel terecht, omdat in de ‘common law’ landen evenals in Nederland, anti-misbruikinstrumenten worden ingezet ter bestrijding van belastingontwijking en belastingduiking via vennootschappen en trusts. Deze negatieve connotatie is te wijten aan de vele misvattingen over juridische structuur van de trust in landen met een continentaal rechtssysteem zoals Nederland. Door deze misvattingen – in de politiek en de rechtsliteratuur – is de trust nimmer in het Nederlandse recht ingevoerd. Immers, onbekend maakt onbemind.Dit onderzoek behelst een rechtsvergelijkend onderzoek naar de Anglo-Amerikaanse trust, de Curaçaose trust en de introductie van de trust in het Nederlandse recht. Daarbij worden aan de hand van onder andere het Anglo-Amerikaanse trustrecht concrete oplossingen voor de rechtspraktijk gepresenteerd voor zowel de reparatie van de Curaçaose trustwetgeving als de wijze waarop de trust in het Nederlandse recht kan worden ingevoerd. Show less
This dissertation discusses the injunction and whether there is a claim for a preventive remedy. It explains how the injunction is regulated in Dutch law, when it can be pronounced and what the... Show moreThis dissertation discusses the injunction and whether there is a claim for a preventive remedy. It explains how the injunction is regulated in Dutch law, when it can be pronounced and what the grounds for refusal are.Using supranational law, the requirements that a remedy must meet to be effective are examined. It concludes that a remedy is effective if it can enforce substantive rights, can be deployed in a timely manner, has a deterrent function and is proportionate.Three themes are then used to examine whether the national regime is in line with those requirements. In that regard, the role and freedom of the courts, the situation where performance has become impossible, and collective actions against the government are examined.The conclusion is that the national regulation is adequate. Show less
De doelstelling van dit onderzoek is het begrip 'bevrijdend verweer' nader te definiëren, het begrip af te bakenen en structuur in het leerstuk aan te brengen. Een systematische, overzichtelijke... Show moreDe doelstelling van dit onderzoek is het begrip 'bevrijdend verweer' nader te definiëren, het begrip af te bakenen en structuur in het leerstuk aan te brengen. Een systematische, overzichtelijke ordening is hierbij leidraad. De reeds bestaande inzichten over het begrip zijn in het onderzoek verwerkt. Het boek biedt zowel verdieping als praktische toepasbaarheid; het onderzoek beoogt niet alleen de wetenschap te dienen, maar vooral ook de civiele procespraktijk. De insteek is pragmatisch; een zo efficiënt mogelijk gevoerde civiele procedure is voor de rechtspraktijk van groot belang. Aan de praktijkjurist worden instrumenten geboden om een goede analyse te kunnen maken van de stelplicht en bewijslast in een te behandelen zaak; niet alleen aan verweerder ingeval van een mogelijk beroep op bevrijdend verweer, maar ook aan eiser om te kunnen anticiperen op een mogelijk bevrijdend verweer. Regelmatig worden illustratieve praktijkvoorbeelden en processuele tips gegeven. De (relatief) korte (sub)paragrafen van het boek zijn zodanig opgebouwd dat het boek tevens als naslagwerk kan dienen. Het is van belang dat een praktijkjurist zijn bewijsrechtelijke positie kan bepalen op basis van de feitelijke grondslag en weet te anticiperen op de waarschijnlijke bewijslastverdeling. Een advies om al dan niet te gaan procederen of verweer te voeren wint dan aan zeggingskracht. Een goede analyse van de wederzijdse stellingen en de daaraan verbonden rechtsgevolgen is daarbij startpunt. Vooraf moet een oordeel worden gevormd over de haalbaarheid van een procedure in verband met eventuele procesrisico's. Veel gespecialiseerde praktijkjuristen opereren in bepaalde echtsgebieden en zijn zich er soms niet van bewust dat bewijsrechtelijke beslissingen samenhangen met het algemene bewijsrecht, waaronder begrepen regels inzake bevrijdende verweren. Het boek beoogt een gefundeerde toepassing in de rechtspraktijk van het bevrijdend verweer te bewerkstelligen zodat het begrip 'bevrijdend verweer' meer inhoudt dan een toverformule. Show less
This thesis focuses on the duty of independence and impartiality for arbitrators. The starting point is unambiguous: an arbitrator should be independent and impartial. Less unambiguous is the... Show moreThis thesis focuses on the duty of independence and impartiality for arbitrators. The starting point is unambiguous: an arbitrator should be independent and impartial. Less unambiguous is the answer to the question of what this duty of arbitral independence and impartiality entails. This thesis aimed to shed light on this (general) research question.The objective of this doctoral research was twofold. On the one hand, the objective was to gain insight into the way in which the duty of arbitral independence and impartiality is interpreted judicially. To this end, it was examined how the duty is interpreted in arbitration legislation, institutional rules, and (arbitral) court rulings. On the other hand, the objective was to shed light on a number of (open) questions related to the scope of the duty. In this respect, it was examined, among other things, who exactly is subject to the duty, how the duty emerges in arbitration legislation and institutional rules, what the duty aims to achieve, the question from when and to when arbitrators must be independent and impartial, and whether the parties can waive the right to an independent and impartial arbitrator. Show less
Binnen de Nederlandse jeugdhulpverlening komt het voor dat ouders door hulpverleners onder druk worden gezet om ‘vrijwillig’ mee te werken aan hulpverlening, en soms zelfs aan een uithuisplaatsing... Show moreBinnen de Nederlandse jeugdhulpverlening komt het voor dat ouders door hulpverleners onder druk worden gezet om ‘vrijwillig’ mee te werken aan hulpverlening, en soms zelfs aan een uithuisplaatsing van hun kind. Dit wordt in de praktijk ‘drang’ genoemd. Waar het vrijwillige en gedwongen kader van jeugdhulpverlening duidelijk bij wet zijn geregeld, ontbreekt voor het drangkader een wettelijke grondslag. Vanuit verschillende hoeken wordthier kritiek op geuit, omdat dit leidt tot grote onduidelijkheden ten aanzien van de rechtsbescherming en verantwoordelijkheden van betrokkenen.In dit boek worden fundamentele uitgangspunten geformuleerd die gelet op de rechtshistorie en het internationale mensen- en kinderrechtenkader aan het jeugdhulpverleningsstelsel ten grondslag (behoren te) liggen. Vervolgens wordt diepgaand inzicht gegeven in het drangkader, de positie van dit kader binnen het jeugdhulpverleningsstelsel en wat dit betekent voor de rechtsbescherming en verantwoordelijkheden van betrokkenen in de praktijk. Tot slot bevat het boek aanbevelingen ter versterking van de rechten van jeugdigen en ouders die te maken krijgen met jeugdhulp op het snijvlak van het vrijwillige en gedwongen kader. Hiermee is dit boek waardevol voor beleidsmakers en professionals die werkzaam zijn in de praktijk van de jeugdhulpverlening, maar ook voor ouders, jeugdigen enoverige betrokkenen. Show less
This book explores the underlying principles of the law of compensation. To this end, it examines the meaning of four essential concepts: ‘damage’ (schade), ‘benefit’ (voordeel), ‘damage... Show moreThis book explores the underlying principles of the law of compensation. To this end, it examines the meaning of four essential concepts: ‘damage’ (schade), ‘benefit’ (voordeel), ‘damage attribution’ (schadetoerekening) and ‘benefit attribution’ (voordeelstoerekening). As a result of this examination, a three-step approach to compensation law cases becomes apparent. Although this approach is in my opinion widely followed in legal practice, it is usually not made explicit. By doing so, I hope to help legal practitioners clarify andrefine their reasoning and argumentation in compensation law cases and offer guidance in addressing the many challenging questions that arise in this area of law. Show less
Every year, several thousands of companies are declared bankrupt in the Netherlands. The purpose of the bankruptcy proceeding is to distribute the assets of those companies among its creditors. The... Show moreEvery year, several thousands of companies are declared bankrupt in the Netherlands. The purpose of the bankruptcy proceeding is to distribute the assets of those companies among its creditors. The total value of the claims of the creditors, however, almost always greatly exceeds the value of the company’s assets. In approximately 25% of the bankruptcies irregularities have occurred that caused the bankruptcy or increased the deficit in the estate. The societal damage caused by these irregularities is estimated at more than one billion euros per year.The legislator has given bankruptcy trustees a central role in identifying and redressing irregularities. However, the task of the trustee is not without controversy, mainly because the bankruptcy community does not agree with the legislator’s assumption that the task of dealing with irregularities is an extension of the trustee’s core task of liquidating the estate in the interest of the joint creditors.This research examines the discrepancies between the expectations of the legislator and the practice of redressing irregularities by trustees. Based on three empirical studies, it is concluded that the expectations of the legislator have not yet materialized, especially because trustees experience various obstacles when dealing with irregularities. The likelihood of irregularities being addressed does not appear to depend solely on the financial resources in a specific bankruptcy, but also on the person of the trustee and the views of the supervising court and its supervisory judges as perceived by the trustee.The thesis culminated in a number of recommendations to remove obstacles experienced by trustees and a plea for a revision of the primacy of creditors in bankruptcies, in order to promote sustainable liquidation. Show less
In de moderne benadering van het aansprakelijkheidsrecht zijn recht en rechtsvordering van elkaar losgekoppeld. Er wordt veel aandacht besteed aan het bestaan van rechten en plichten, maar minder... Show moreIn de moderne benadering van het aansprakelijkheidsrecht zijn recht en rechtsvordering van elkaar losgekoppeld. Er wordt veel aandacht besteed aan het bestaan van rechten en plichten, maar minder aan de remedie die is verbonden aan een inbreuk op een recht of de schending van een plicht. Het gevolg van deze disjunctieve benadering is dat vooraf onduidelijk kan zijn welke remedie in een bepaald geval – en in welke omvang – passend is. Bovendien is achteraf niet altijd goed uit te leggen waarom juist deze remedie moest worden opgelegd. Dit zorgt voor rechtsonzekerheid en rechtsongelijkheid, waardoor effectieve rechtsbescherming onder druk komt te staan.Recht, plicht, remedie brengt in kaart hoe een relationele benadering van het remedierecht past bij het geldende recht en bespreekt hoe ze bijdraagt aan het vergroten van rechtszekerheid en het verwezenlijken van materieelrechtelijke aanspraken. De auteur legt uit waarom een remedie niet op zichzelf mag worden bezien. De remedie dient voort te vloeien uit de norm waaraan deze is verbonden en de strekking die deze norm heeft. Oftewel: de norm draagt de belofte van een passende remedie in zich. Show less
Article 162(2) of Book 6 of the Dutch Civil Code sets out the central concept of non-contractual liability law by providing a definition of what is deemed a tortious act. The list of different... Show moreArticle 162(2) of Book 6 of the Dutch Civil Code sets out the central concept of non-contractual liability law by providing a definition of what is deemed a tortious act. The list of different types of tortious acts concludes with the qualification: ‘except for the presence of a ground of justification’. Thus, the door to the exception to the core of non-contractual liability law has been left wide open. A fascination for this ‘escape’ incorporated in Dutch liability law was one of the motives for this dissertation. This study set out on a journey of discovery through the full breadth of non-contractual liability law, constantly viewed from the perspective of the exception to the rule. The first part of the dissertation is a general exploration of the area of research. The different types of torts are described, the concepts of justification and grounds of justification are defined and the distinction between the grounds of exculpation is provided, and a comparision with criminal law is made. The second part of the study classifies the subject matter. For this purpose, the different types of justifications are defined and divided into categories: complete, incomplete and conditional justifications. The third part of the dissertation is devoted to the principles of justification: culpa in causa and proportionality and subsidiarity. The focus of the book then shifts to the content of the justification. To that end, in the fourth part of the book justification is considered in light of wrongfulness, guilt and relativity. The fifth and final part of the dissertation deals with the legal effects of the presence of a justification: the impact on the judgements of the act and of the obligation to compensate. Show less
This study identifies the human rights of children who live in foster care due to a family supervision order, and analyses the extent to which Dutch laws and regulations protect these rights. The... Show moreThis study identifies the human rights of children who live in foster care due to a family supervision order, and analyses the extent to which Dutch laws and regulations protect these rights. The aim of the research is to provide insight into the rights of foster children regarding four important decisions about their lives. Although the interests of the child are often taken as a starting point for these decisions, this does not do justice to the recognition of children as subjects of rights. After all, individual interpretations of the best interests of the child will inevitably depend on the normative frameworks of the decision-maker. It is argued that by identifying which children's rights can be derived from a human rights framework, children in foster care can be given stronger protection when making decisions about their life. The study concludes that the literal text of Dutch laws and regulations does not usually conflict with children's and human rights. Yet in many cases, foster children have no effective means of invoking their rights. Therefore recommendations are being made to amend the law and regulations to better protect the rights of children in foster care. Show less
Het onderzoek betreft de civielrechtelijke en fiscale aspecten van (testamentair) bewind, certificering en trusts/entiteiten die kwalificeren als afgezonderd particulier vermogen (APV). Vanuit... Show moreHet onderzoek betreft de civielrechtelijke en fiscale aspecten van (testamentair) bewind, certificering en trusts/entiteiten die kwalificeren als afgezonderd particulier vermogen (APV). Vanuit civielrechtelijk perspectief is onderzocht in hoeverre deze figuren kunnen leiden tot een duurzame scheiding van zeggenschap en belang, zowel algemeen als in relatie tot de legitieme portie. Voorts zijn de fiscale gevolgen geanalyseerd, waarbij de focus ligt op de inkomstenbelasting en schenk- en erfbelasting. In geval van geconstateerde fiscale belemmeringen is onderzocht of deze het gevolg zijn van juridische onvolkomenheden in de wetgeving. Voorts is een voorstel gedaan om deze belemmeringen weg te nemen. The research regards the civil law and fiscal aspects of (testamentary) administration, the exchange of assets for depositary receipts and trusts/entities that qualify as separated private estates as defined by the Dutch Income Tax Act 2001. The civil law research focuses on the question to what extent these legal arrangements can be used to create a durable division between control and beneficial ownership, both generally and in relation to the Dutch forced heirship rules. In addition the Dutch fiscal consequences have been analysed, with a focus on personal income tax and gift and inheritance tax. In case of fiscal impediments the analysis includes the question whether these impediments are caused by imperfections in Dutch fiscal law and proposals to remove these impediments have been made. Show less
Het Europese non-foodproductveiligheidsrecht bevat productnormen die veelal als publiekrechtelijk worden bestempeld. Bij de harmonisatie gebruikt de Europese wetgever verschillende soorten... Show moreHet Europese non-foodproductveiligheidsrecht bevat productnormen die veelal als publiekrechtelijk worden bestempeld. Bij de harmonisatie gebruikt de Europese wetgever verschillende soorten productnormen, namelijk bindende eisen in richtlijnen en verordeningen en niet-bindende Europese normalisatienormen. De literatuur neemt aan dat Europese productnormen ook invloed kunnen hebben op de privaatrechtelijke normen die gelden in rechtsverhoudingen tussen bijvoorbeeld de eindgebruiker van het product en andere partijen in de handelsketen, alsmede tussen concurrenten. Dit onderzoek beantwoordt de vraag wat de exacte betekenis is van Europese productnormen voor privaatrechtelijke normstelling. Wanneer is een productnorm slechts een van de relevante omstandigheden van het geval bij de formulering van een privaatrechtelijke norm? Wanneer vult een productnorm een privaatrechtelijke norm grotendeels in, in de zin dat de productnorm het uitgangspunt vormt? Van welke omstandigheden en factoren is deze betekenis afhankelijk?Het onderzoek biedt de lezer een nadere introductie in het wat onderbelichte Europese productveiligheidsrecht en beantwoordt de hoofdvraag aan de hand van een Europeesrechtelijk, institutioneel en privaatrechtelijk perspectief. De privaatrechtelijke analyse ziet op de belangrijkste Nederlandse rechtsgronden voor doorwerking van productnormen en bevat rechtsvergelijking met het Engelse en Duitse recht. Bovendien vindt een uitvoerige analyse van Nederlandse feitenrechtspraak plaats om te zien hoe feitenrechters in de praktijk met productnormen bij de invulling van privaatrechtelijke normen omgaan. Het onderzoek besluit met een overzicht van gezichtspunten die behulpzaam kunnen zijn bij het beoordelen van de betekenis van productnormen voor privaatrechtelijke normstelling in concrete gevallen. Show less
This research consists of four parts. Part I is the introductory part, which comprises two chapters. Chapter 1 is the introduction, in which the central question of this research is formulated:'How... Show moreThis research consists of four parts. Part I is the introductory part, which comprises two chapters. Chapter 1 is the introduction, in which the central question of this research is formulated:'How must (or could) the Dutch right of inquiry be interpreted and applied in respect of national and international groups of companies?'This question is divided into: (a) a question into current law; and (b) a question into desirable law. These questions are answered in Chapters 3 through 11. In the essence, the issue central to this research hinges on the fact that on the inside a group is an economic unit, but on the outside it is a legal plurality. Show less
In dit onderzoek staat de vraag centraal wat het beginsel inhoudt, dat niemand ten koste van een ander ongerechtvaardigd mag worden verrijkt en hoe dit beginsel tot uitdrukking komt in het systeem... Show moreIn dit onderzoek staat de vraag centraal wat het beginsel inhoudt, dat niemand ten koste van een ander ongerechtvaardigd mag worden verrijkt en hoe dit beginsel tot uitdrukking komt in het systeem van het vermogensrecht. Betoogd wordt dat het verrijkingsbeginsel in verschillende vermogensrechtelijke regels tot zijn recht komt en dat de algemene verrijkingsactie vooral een aanvullende functie heeft om onvoorziene verrijkingsgevallen tot een oplossing te brengen. Een belangrijk deel van het onderzoek draait om de vraag wat de aanvullende functie met zich brengt voor de invulling van de toepassingsvereisten van de algemene verrijkingsactie. Een belangrijke bevinding is dat de figuur van de ongerechtvaardigde verrijking niet teveel a priori moet worden beknot. Zo wordt betoogd dat aansprakelijkheid op grond van ongerechtvaardigde verrijking onder omstandigheden een alternatief kan bieden als aansprakelijkheid op grond van overeenkomst of onrechtmatige daad niet haalbaar of twijfelachtig is. Show less
De overheid mag kinderen onder voorwaarden van hun vrijheid beroven met als doel ze op te voeden en te beschermen. In de Nederlandse context wordt deze vorm van vrijheidsberoving ‘gesloten... Show moreDe overheid mag kinderen onder voorwaarden van hun vrijheid beroven met als doel ze op te voeden en te beschermen. In de Nederlandse context wordt deze vorm van vrijheidsberoving ‘gesloten jeugdhulp’ genoemd, geregeld in de Jeugdwet. Met dit onderzoek is beoogd om een kinder- en mensenrechtentoetsingskader op te stellen, waaraan de Nederlandse wet en de toepassing getoetst wordt. Tevens biedt het onderzoek inzicht in 200 jaar historie.Verder zijn 586 rechterlijke uitspraken over een periode van 10 jaar (2008-2017) geanalyseerd. Hieruit blijkt dat een plaatsing vaak gebaseerd is op het inzetten van acute hulp in een situatie waar in niets anders mogelijk lijkt te zijn. Doorgaans wordt daarbij onvoldoende gekeken naar het doel van deze plaatsing en de vrijheidsbeperkingen die dit met zich meebrengt.In dit onderzoek komen ten slotte 23 kinderen aan het woord die te maken kregen met een gesloten uithuisplaatsing. Uit het onderzoek blijkt dat de legitimiteit van het op grote schaal toepassen van deze maatregel onder druk staat, met name omdat het nogal eens ontbreekt aan passende zorg. Verschillende aanbevelingen worden gedaan om de legitimiteit te verbeteren, onder meer door middel van verdieping van het juridische toetsingskader, verkorting van de maximale duur van een plaatsing. Show less
In de Nederlandse financieringspraktijk is het gebruikelijk dat groepsmaatschappijen zich hoofdelijk aansprakelijk stellen voor het concernkrediet. Dit proefschrift gaat over het regresrecht... Show moreIn de Nederlandse financieringspraktijk is het gebruikelijk dat groepsmaatschappijen zich hoofdelijk aansprakelijk stellen voor het concernkrediet. Dit proefschrift gaat over het regresrecht dat voortvloeit uit deze hoofdelijke aansprakelijkheid. In het proefschrift worden twee thema’s centraal gesteld: (I) de draagplichtproblematiek en (II) de onzekerheid over de beoogde effectiviteit van regresrecht-beïnvloedende bepalingen. Van beide thema’s wordt het debat ter zake geduid. Ook worden er aanbevelingen gedaan om de betreffende problematiek te mitigeren. Dit geldt in het bijzonder voor de draagplichtproblematiek. In het onderzoek wordt een alternatieve methode geopperd voor het vaststellen van de interne draagplicht. Een belangrijk uitgangspunt van deze methode is: ‘Wie bepaalt, betaalt’. Verder wordt in het onderzoek uiteengezet waarom regresproblematiek geen rol van betekenis speelt in de naburige rechtsorden (Duitsland en België). Hiermee samenhangend wordt eveneens verklaard waarom regresproblematiek juist wel voorkomt in Nederland. Show less
If doctors suspect that their child patient is being abused, are they obliged to observe their duty of medical confidentiality or not? Recently, several legislative and administrative choices... Show moreIf doctors suspect that their child patient is being abused, are they obliged to observe their duty of medical confidentiality or not? Recently, several legislative and administrative choices have been made to combat child abuse. These focus on revealing confidential information despite the obligation to respect medical confidentiality. The paradigm seems to have shifted from remaining silent-unless to speaking-unless. This shift calls for a study on how the legislative and administrative choices for revealing information can be framed in the light of the existing and well-accepted exceptions to medical confidentiality, which depart from the principle that the doctor is silent-unless. This thesis offers an analysis of the most important norms for medical confidentiality and for its breach by doctors and their implications in the context of child abuse. Moreover, it provides an understanding of the role and added value of the duty of care in this respect. It changes the dogmatic view on the concept of medical confidentiality in case of child abuse. Show less
De precieze aard van de rechtsverhouding tussen leerling, ouders en school in het primair en voortgezet bekostigd onderwijs is geen uitgemaakte zaak. De wet zwijgt hierover en de rechtspraak biedt... Show moreDe precieze aard van de rechtsverhouding tussen leerling, ouders en school in het primair en voortgezet bekostigd onderwijs is geen uitgemaakte zaak. De wet zwijgt hierover en de rechtspraak biedt geen uitsluitsel. De literatuur ziet verschillende mogelijkheden, van civielrechtelijke, bestuursrechtelijke of gemengde aard, met referte aan onder meer het onderscheid tussen openbaar en bijzonder onderwijs en publiekrechtelijke normering van het onderwijs. Dit proefschrift bekijkt de rechtsverhouding tussen leerling, ouders en school vanuit contractenrechtelijk perspectief. Het neemt als uitgangspunt dat de rechtsverhouding gekwalificeerd kan worden als overeenkomst: een onderwijsovereenkomst. Wat brengt toepassing van het contractenrecht in de onderwijsverhouding mee? Wat heeft het contractenrecht de onderwijsverhouding te bieden? Fundamentele leerstukken van het contractenrecht op het gebied van de totstandkoming, de inhoud en de remedies worden toegepast in de context van het onderwijs, telkens met inachtneming van publiekrechtelijke normen. Show less