In de loop van de eerste vier decennia van de twintigste eeuw dringt de poëzie vanaf 1880 door in bloemlezingen voor de hoogste klassen van gymnasium en h.b.s. In deze studie worden de overwegingen... Show moreIn de loop van de eerste vier decennia van de twintigste eeuw dringt de poëzie vanaf 1880 door in bloemlezingen voor de hoogste klassen van gymnasium en h.b.s. In deze studie worden de overwegingen om poëzie te bloemlezen en de keuzes die daaruit voortkomen van een vijftal bloemlezers (allen leraren) beschreven. Elk van hen propageert een methodiek om poëzie in de literatuurles te verwerken, van een open, globale kennismaking tot een intensieve analyse van een gedicht. Soms wordt een gedicht van een context voorzien maar doorgaans wordt een gedicht als zelfstandige tekst aangeboden. Naast deze bloemlezers brengt voordrachtskunstenaar Paul Huf ter ondersteuning van het onderwijs op een veertiental grammofoonplaten zijn gesproken bloemlezing. Zijn voordracht kan als voorbeeld dienen. Verder inventariseert deze studie de inhoud van 85 schoolbloemlezingen uit de periode 1898–1941 met in totaal 6758 gedichten van 254 dichters. Uit deze inventarisatie blijkt naast de voorkeur voor dichters uit de eerste jaren vanaf 1880 de vrij snelle popularisatie van anderen in de loop van de jaren 1920, 1930. Bloemlezers volgen op literair-historische gronden keuzes van voorgangers, daarnaast tonen zij een brede persoonlijke keuze. Schoolbloemlezingen representeren de voortgang van de contemporaine poëzieproductie en representeren het belang dat docenten voor de literatuurles hechten aan poëzie. Show less
In dit proefschrift legt Wiersma uit hoe Plato's idee van de democratische mens nog steeds herkenbaar is als probleem voor onze eigen tijd. Hij schetst aan de hand van klassieke en christelijke... Show moreIn dit proefschrift legt Wiersma uit hoe Plato's idee van de democratische mens nog steeds herkenbaar is als probleem voor onze eigen tijd. Hij schetst aan de hand van klassieke en christelijke denkers een alternatief: de aristocratische mens. Voorts laat hij zien hoe de onderwijsfilosofie van de traditionele artes liberales een belangrijke rol kunnen spelen in de transitie van democratisch mens naar aristocratisch mens. Hierin is niet alleen het curriculum van groot belang maar vooral ook de rol van de docent. Show less
Dementia is a progressive, life-limiting disease. A palliative approach to care, that focuses on the quality of life of people with dementia and their relatives, is therefore indicated. Advance... Show moreDementia is a progressive, life-limiting disease. A palliative approach to care, that focuses on the quality of life of people with dementia and their relatives, is therefore indicated. Advance care planning is core to palliative care. Relatives play a major role in this, because people with dementia often become unable to indicate their preferences for future care. Palliative dementia care is still sub optimally implemented, however. Nursing home staff and relatives of people with dementia need information about dementia and palliative care to ensure it is optimally implemented. Also, ongoing communication between everyone involved in the care of a person with dementia is required, including discussions about future care needs. This facilitates a palliative care approach in dementia. These conclusions result from a survey among elderly care physicians, a systematic review, care plan data in nursing homes and an intervention study in two nursing homes: the mySupport study. It appears that relatives want timely information about the end of life with dementia. That way they can prepare. Although physicians are usually the ones who educate relatives, nursing staff often have a stronger relationship with relatives. After training, they can play an important role in providing information. Show less